Helgoland – Harlingen

Tocht: Helgoland – Harlingen

We blijven tot maandagmiddag op Helgoland en vertrekken om kwart voor vier ’s middags naar Nederland. Eigenlijk hadden we nog best een nachtje willen blijven, maar de gribfiles laten zien dat de windrichting dinsdagavond al weer naar het zuidwesten gaat en dat er dinsdag overdag minder wind zal zijn. Maar daarnaast speelt het tijdstip van aankomst in het Stortemelk bij Vlieland een belangrijke rol. Bij vertrek maandagmiddag kunnen we daar  dinsdag zo rond één uur zijn juist na laagwater en blijft de  stroomrichting  nog lang genoeg gunstig om nog vlot naar Harlingen door te varen. 

Terwijl we ons klaar maken om te vertrekken wordt aangekondigd dat de haven van Helgoland moet worden ontruimd, omdat er een bom uit de tweede wereldoorlog is ontdekt. De schepen kunnen blijven liggen, maar alle personen moeten tijdens het demonteren hun heil even ergens anders zoeken. Van onze buren horen we dat het een week eerder ook al was gebeurd en dat ze toen vier uren hadden moeten wachten in het dorp. De buren grappen dat ze nog geen tijd hebben gehad om de rekening voor de versnaperingen van de vorige keer naar de overheid te sturen. We horen later op de marifoon dat het maar een uurtje heeft geduurd. 
Met een Zuidoostelijke wind varen we naar de Jade/Weser ingang en vandaar ten zuiden van de groene TG boeien boven de Duitse eilanden langs. We zien een groot aantal jachten aankomen vanaf de Elbe. Het zullen ongetwijfeld de Oostzee-gangers zijn die aan het einde van de vakantie weer naar Nederland terug moeten.

Windpark in wording
Een aantal uren later, als we ten noorden van Juist en Borkum zijn, horen we op de marifoon regelmatig oproepen voor jachten die door het spergebied willen varen waar windmolens in zee worden geplaatst. Dit alles ondanks een aantal ‘journaals’ die worden aangekondigd op kanaal 16 en waarin de coördinaten van het spergebied worden opgegeven. De bewakingsschepen hebben de beschikking over schijnwerpers waarmee ze op grote afstand de zeilen van jachten kunnen beschijnen en verder weten ze nauwkeurig aan te geven op welke coördinaten zo’n jacht vaart. Men moet soms wel veel moeite doen om marifoonkontakt te krijgen en als we de oproep horen: ‘Wie schijnt er steeds op onze zeilen?’ is het voor ons duidelijk dat op sommige jachten 16 niet het favoriete kanaal is. Onze koers ligt een mijl zuidelijk van de scheepvaartroute en wij passeren het spergebied ten noorden op voldoende afstand.

Om 06:11 uur komt de zon op

De Nederlandse kustwacht komt ons tot twee keer toe verblijden met een stormwaarschuwing van 6 Bf voor het district Rottum, maar de hardere wind zien we niet verschijnen. Verder dan 22 knopen ware wind komt het niet. Wel zwakt jammer genoeg de wind, naar mate we vorderen, steeds verder af .

De vermoeidheid slaat toe na een paar dagen van onregelmatige slaapritme’s

Als we Terschelling bijna voorbij zijn besluiten we de motor maar te starten want de snelheid begint behoorlijk terug te lopen. Omdat de wind Zuidoost heeft gewaaid zijn er geen golven of deining op de gronden van het Stortemelk en daar waar we 4 meter water onder de kiel kunnen houden steken we de gronden over en bekorten de reis daarmee een paar mijl. Over een spiegelglad wad varen we op de motor naar Harlingen waar we een plekje krijgen in de Zuiderhaven omdat de Noorderhaven met onze diepgang minder geschikt is.

De rest van het seizoen maken we nog wat tochten op het IJsselmeer. We zeilen van Makkum naar Enkhuizen. Op het zuidelijk IJsselmeer bezoeken we Amsterdam, de Blocq van Kuffeler,  Lelystad en Urk.

Zwemmen achter de boot

Kleindochter Julie

Dochter Monique kijkt toe

In Amsterdam hebben we een gezellig familie onderonsje en hebben de kleinkinderen veel plezier bij het zwemmen achter de boot. We liggen nog een  paar dagen in Leeuwarden om de boot leeg te halen want we gaan al vroeg in de herfst de wal op omdat we de motor uit de boot willen hijsen voor een grondige revisie. Het olieverbruik is in een korte tijd behoorlijk gestegen en op onze reizen wil ik niet met grote motorproblemen worden geconfronteerd.

Deze reis hebben we ruim 3300 zeemijlen gevaren en kijken met voldoening terug.