Dinsdag de 17e juni gaan we op zoek naar een plek waar de onvolkomenheden kunnen worden verholpen. De Zuiderhaven van Harlingen vinden we minder geschikt, met name vanwege het tarief. Bovendien moet elektriciteit met 50 ct muntjes worden betaald. Omdat de nieuwe accu’s erg veel ‘voedsel’ nodig hebben moeten er nogal wat munten in de meter worden gestopt.
We verlaten de haven rond 11 uur en varen naar de Tjerk Hiddes sluis die open staat om te spuien. Het proces moet eerst worden stilgezet om ons door te kunnen laten. We wachten daarvoor een minuut of tien en dan voltrekt zich een mooi staaltje van wachten op elkaar. Het rood/groene licht wordt getoond maar er gebeurt verder niets. Ik reageer altijd pas wanneer de slagbomen naar beneden gaan en ben dan precies op tijd bij de brug of sluis. De sluisbemanning zit echter op mij te wachten tot ik vlakbij ben. Via de marifoon wordt ik uitgenodigd om door te varen anders doen ze de brug niet open omdat het te lang zou duren. We varen door en moeten vervolgens, jawel . . . . . vlak voor de sluis weer wachten tot de brug voldoende open is.
Na de Koningsbrug is aan de rechterkant een haventje waar we informeren of we met onze diepgang daar een week of log langer kunnen blijven liggen. De tarieven zijn echter niet echt laag te noemen voor deze enigszins vervallen jachthaven, terwijl ook hier voor elektriciteit met 50 ct munten moet worden betaald. Ik wil een weektarief en na stevig onderhandelen, ik was eigenlijk al weggelopen, komen we een tarief overeen. We krijgen een box toegewezen, maar halverwege de haven zien we op de meter al een diepte van 1.8 meter. Dan besluiten we naar Leeuwarden te varen want voor ons zelf is dat geschikter en voor reparatie van de motor is het niet veel verder.
In een konvooi van 3 zeiljachten passeren we alle bruggen in het Van Harinxmakanaal vlot. Bij de Zwettebrug in Leeuwarden moeten we een halfuurtje wachten in verband met de tunnelbouw daar en natuurlijk ook vanwege de treinbrug. De twee andere jachten hebben de afslag naar Dokkum genomen. Na de brugpassage vaart de Feanprinces, een rondvaartboot uit Eernewoude voor ons aan. De boot vaart stevig door om de Drachtsterbrug te halen voordat de brugsluitingsperiode van 16:00 tot 18:00 ingaat. Wij moeten hierom ook bijna plankgas varen, maar dat zou goed zijn voor de motor. We passeren op die manier bijna alle Leeuwarder bruggen, maar hoewel we 3 minuten voor vier bij de Greunsbrug zijn staan de lichten al op dubbel rood en 200 meter voor de jachthaven liggen we twee uur te wachten.
Tijdens het varen met het hoge toerental moet ik constateren dat de motor maar weinig rook produceert. Het is niet te vergelijken met de grote blauwe rookwolk die voor de revisie met dit toerental uit de uitlaat kwam. Misschien is het roken na een inloopperiode van bijna100 uur dan toch verleden tijd. Ik hoop het. De olielekkage veroorzaakt echter zo’n smeerboel dat we onze terugkeer niet betreuren. Ook moeten we constateren dat onze splinternieuwe dynamo, waarvan de spanning gedurende de terugreis steeds lager was geworden niets meer doet. Het laadlampje brandt niet, maar de accuspanning is onder de 12V.
Woensdag breng ik een bezoek aan de Vetus dealer. Daar hoor ik dat het niet ongebruikelijk is dat nieuwe accu’s niet goed zijn. Een monteur van een ander bedrijf vertelt dat hij de vorige week een nieuwe accu van Mastervolt moest vervangen. De Vetus dealer heeft een nieuwe Victron accu en een nieuwe Vetus 220 Ah cadmium lood accu staan die beiden niet goed zijn. Hij bestelt 2 nieuwe accu’s maar zal ze niet eerder dan in de loop van de volgende week hebben.