Naar Nederland

Wo,  15 aug,  Klintholm – Gedser, 33 zm

naar Nederland

In Klintholm draait de wind in de loop van dinsdag nauwelijks, maar woensdagmorgen komt de wind dan toch uit een goede westelijke richting. De verschillende weersites melden dat we in de loop van de dag de wind uit een zuidwestelijke richting kunnen verwachten. We vertrekken daarom weer erg vroeg, om 6 uur, een ietsje na de buren waarvan we al hoorden dat ze willen doorvaren naar Heiligenhafen, in dezelfde richting dus. Direct na de haveningang hijsen we de zeilen en die blijven staan tot aan Gedser Odde, het  zuidpuntje van Falster dat we moeten ronden om in de jachthaven van Gedser te komen. Het zeilt fantastisch en hoewel we hoge uurgemiddelden halen tot bijna 8 knopen lukt het niet om de buren een poepje te laten ruiken.  Hun splinternieuwe  Dehler 38, uitgerust met zwarte Matrix Titanium zeilen zorgt ondanks de 20 cm kortere waterlijn voor een winst van ruim 3 mijl over de afstand van  29 mijl tussen Klintholm en Gedser Odde.

We liggen om 11:00 uur al vast nadat we nog een paar litertjes brandstof hebben getankt. In de loop van de middag zien we veel boten binnen komen die we ook al in Klintholm hadden gezien. In Gedser is een actieve havenmeester die ervoor zorgt dat de haven volgens zijn inzichten wordt gevuld. Samen met een ander Nederlands jacht krijgen we aanwijzingen waar hij wil dat we opnieuw vastmaken. Voor ons een mooie gelegenheid om de boot nog even te keren. Als de haven vol begint te lopen kiest een jacht voor een ligplaats bij de dieselpomp ondanks de gele markering die daar is aangebracht. Voor boten die nog even wat brandstof nodig hebben is de pomp onbereikbaar geworden. De havenmeester zorgt er echter voor dat andere boten wat minder ruimte in beslag nemen en dirigeert het jacht naar de plek die hij voor dit jacht heeft vrijgemaakt.

‘Maintenance in Paradise’ blijkt niet exclusief voor mij te zijn. Onze Nederlandse achterburen doen hun best om lekkage langs de vluchtluiken te dichten. Echt wel noodzakelijk want vluchtluiken hebben de neiging om boven bedden en zitplaatsen geplaatst te zijn. Een prachtige gelegenheid om even kennis te maken en wat ervaringen uit te wisselen. Ik houd me deze middag ook bezig met het traject van de volgende dag. Gewoontegetrouw wilden we via Burgstaaken naar Holtenau gaan maar gezien de verwachtte zuidelijke windrichting is dit minder aantrekkelijk. De dag erna wordt de wind uit het westen verwacht en dat zou opnieuw kruisen of motoren worden. Als alternatief bedenk ik dat Bagenkop op Langeland met een zuidelijke wind heel goed bereikbaar is en met een puur westelijke wind de dag erna is het traject Bagenkop – Holtenau, desnoods met een of twee kruisslagen, ook goed haalbaar. Dit traject lijkt ons een veel betere optie dan via Fehmarn .

Do, 16 aug,  Gedser – Bagenkop, 51 zm

Opnieuw zijn we erg vroeg op pad deze dag omdat we hopen dat we het hele traject kunnen zeilen, want in de loop van de dag zal de wind afnemen naar weinig. Zo gauw het westelijk van de geul naar Gedser diep genoeg is zeilen we richting Bagenkop. Maar direct in de juiste richting is niet mogelijk want er staan windmolen parken in de weg. Omdat ik niet op de kaart kan achterhalen of we tussen de windmolens mogen zeilen, kiezen we voor een route er omheen en dat betekent toch wel dat we eerst een stuk aan de wind zeilen.

Marina Bagenkop

Marina Bagenkop

Niettegenstaande de aandewindse koers lukt het goed om zuidelijk langs de molens te varen. Hierna kunnen we een mooie westnoordwestelijke koers aanhouden. Met een 4 Bf-je tussen de 10 en 12 knopen halen we uurgemiddelden zo rond de 6,5 knoop en 8 uur na vertrek, om twee uur ’s middags, liggen we langs de kade in Bagenkop, een plekje waar we van te voren op hadden gehoopt. We zijn al een heel lange tijd niet in Bagenkop geweest en er is het een en ander veranderd. Boten kunnen nu ook in een soort buitenhaven vastmaken,maar bij wind vanuit westelijke richting geen rustige ligplaats lijkt me.

De inrichting van deze 46 footer

De inrichting van deze 46 footer

Dat ik niet de enige ben die het alternatief om via Bagenkop te gaan heeft bedacht merken we als er meerdere boten uit Gedser binnenkomen. Onze Nederlandse buren uit Gedser horen daar ook bij en komen later in de middag binnen. Zij waren de laatste uren inderdaad geconfronteerd met weinig wind. Aan de kade is nog precies een gaatje over waar ze in passen en ’s avonds buurten we aan boord van de prachtige 46 footer van de buren. De boot heeft een mooie indeling met een langskeuken en een gemakkelijk toegankelijke dinette. In de 22 jaar dat onze Trintella ouder is, is er toch veel veranderd is in de productie van jachten. Waar vroeger veel ambachtswerk werd verricht in een open casco zijn de nieuwere jachten meestal uitgerust met een binnenschaal. Vooral de toiletten, douches en met name de plafonds zien er behoorlijk anders uit. Daarnaast is het houten meubilair duidelijk vervaardigd door CNC bestuurde machines. Tot in de kleinste details passen alle delen perfect.

Vr, 17 aug, Bagenkop – Raderinsel, 47 zm 

Als we vrijdagmorgen om 7 uur vertrekken is de wind nog weinig krachtig en komt ook tamelijk hoog in. De eerste paar uur helpt de motor een beetje mee, maar om 10 uur zeilen we en dat blijft zo tot in de Kieler Fjord. 

'Reuze handig' als veel jachten gelijktijdig worden geschut

‘Reuze handig’ als veel jachten gelijktijdig worden geschut

We hebben mazzel met de sluis, want na een half uurtje wachten kunnen we schutten en iets na enen zijn we in het kanaal. We kunnen in de sluis geen ‘passierschein’ meer kopen, niet bij de sluismeester en ook niet bij de automaten waarmee de laatste jaren het menselijke contact was verdwenen. Hoewel ik de afgelopen 35 jaar al vele keren de steile ladders tegen de sluismuur ben opgeklommen mag dat niet meer. Voor zover ik weet, worden de trapjes in de sluis, als gevolg van een klein ongelukje, niet meer veilig geacht door overijverige bureaucraten en moeten kaartjes worden gekocht bij een automaat aan de binnenkant van de sluis. Hiervoor is een klein steigertje beschikbaar waar zeker 3 jachten gelijktijdig kunnen vastmaken. Ik weet dat er andere mogelijkheden zijn en omdat er al veel jachten wachten om aan te kunnen leggen aan het steigertje varen we maar door. 

In Rendsburg zijn meerdere mogelijkheden om aan te leggen, maar wij maken vast bij Raderinsel. Hier kunnen we zonodig diesel tanken en het is een fijne en rustige plek. Een nadeel is natuurlijk de grotere afstand tot het centrum, maar er zijn prima fietsen die gratis door ons kunnen worden gebruikt.

Komende van de Oostzee houden we in Duitsland de weerberichten heel goed bij in verband met de tocht over de Noordzee naar Nederland. Natuurlijk heeft zeilen met ruime wind veruit de voorkeur, terwijl we perse niet pal in de wind op willen kruisen. Verder vinden we 6 Bf eigenlijk ook wel iets te veel van het goede, zeker als de wind wat hoger in komt. De komende week geeft een weergat te zien op dinsdag en woensdag. Dit ‘weergat’ bestaat eigenlijk uit een erg zwakke zuidelijke wind tussen harde westelijke winden. Wij denken ons voordeel hiermee te kunnen doen, hoewel de motor zijn best zal moeten doen bij zo weinig wind.

zo, 19 aug, Raderinsel – Brunsbuttel, 37 zm 

Om een betere uitgangspositie voor de tocht naar Nederland te hebben beginnen we zondag aan de tocht naar Cuxhaven. Van 7 tot 13 uur motoren we door het kanaal van Rendsburg naar Brunsbuttel. Hoewel het nog net mogelijk was geweest om met de laatste uitgaande stroom naar Cuxhaven te varen besluiten we om dat toch maar de volgende dag te gaan doen, zodat we beter van de stroom kunnen profiteren. 

Onderweg naar Brunsbuttel zitten we nog wel met het probleem hoe we de eurootjes voor de kanaalpassage kwijt kunnen raken. We kiezen ervoor om de sluismeester van de Gieselau sluizen met een bezoekje te vereren. Ik had begrepen dat de mogelijkheid om in Brunsbuttel te betalen niet gegarandeerd was. Bij km paal 40,5 gaan we even stuurboord uit en als ik bij de sluismeester binnen loop begroet hij mij met “betalen voor het kanaal?”. Ik hoor van hem dat hij er een extra baantje bij heeft gekregen en dat de betaal app die helemaal klaar was voor gebruik door jachten niet is geïntroduceerd omdat de app niet voldeed aan de nieuwe Europese privacy wetgeving. Als dat de komende jaren wel werkt wordt betalen voor het NOK iets gemakkelijker.

In Brunsbuttel blijkt dat het kopen van een kaartje voor het NOK simpel is als je in het haventje overnacht. De havenmeester komt langs en controleert of je een geldig kaartje hebt. Zo niet dan kan een kaartje bij hem worden gekocht. Wie overdag na sluispassage  even aanlegt zal veelal een gesloten loket aantreffen. In dit geval is Gieselau een betere keuze of aanleggen bij het kleine steigertje voor de sluis in Holtenau.

ma – di , 20-21 aug, Brunsbuttel – Cuxhaven – Lauwersoog, 131 zm 

Zoals elk jaar is ook nu de vraag weer actueel: “waar laten we de boot als we terug zijn in Nederland?” We hebben in huis meer dan het een en ander te doen en daarom zullen we weinig  aan boord zijn. Zo dicht mogelijk bij huis: jachthaven “Lunegat” in Dokkumer Nieuwe Zijlen, is slechts 15 km en dus erg aantrekkelijk. We moeten er wel rekening mee houden dat we rond de eerste oktober nog wel een tochtje buitenom moeten maken om in Franeker te komen, want met onze 2,2 m kunnen we niet binnendoor. Na een telefoontje met de havenmeester of er plek is en of de haven en de geul erheen diep genoeg zijn beslissen we ervoor. Een goede vriend is direct heel enthousiast om het tochtje buitenom mee te maken. Hilda vindt het prima om dan thuis te blijven.

Om 10 uur maandagmorgen varen we naar de sluis en kunnen vrijwel onmiddelijk naar binnen varen. Het is het tijdstip dat vrijwel iedereen vertrekt. Buiten de sluis gaan de zeilen omhoog en zeilt het fantastisch. In de buurt van Cuxhaven steken we de geul zo recht mogelijk over en is het met het zeilen gedaan, te hoog aan de wind. Inmiddels hebben we wel  iedereen ver achter ons gelaten. Slechts één van de jachten heeft ons behoorlijk ingehaald omdat dit jacht de vaargeul aan de wind heel schuin is overgestoken. Uit allerlei verhalen heb ik gehoord dat dit door de ‘Wasserpolizei’ af en toe nogal stevig wordt bestraft.  Om 13 uur liggen we vast langszij een ander jacht. 

Ik ga rekenen wanneer we weer moeten vertrekken en hanteer als uitgangspunt dat we niet in het donker het Westgat bij Schiermonnikoog willen aanlopen. Dat betekent dat we ’s avonds rond 22 uur moeten vertrekken of 25 uur langer moeten wachten en pas dinsdagavond vertrekken. Een medezeiler denk er niet aan om deze avond te vertrekken want Helgoland meldt golfhoogten van 2 meter vertelt hij. Ik ken dit soort verhalen in Cuxhaven maar al te goed en mijn ervaring is dat het veelal erg meevalt. Daarom besluit ik  toch voor maandagavond omdat het weergat kleiner dreigt te worden.

Onze buren uit Gedser en Bagenkop komen wat later de haven binnen en ik help hen even met  aanleggen. Ook zij liggen dubbel tegen een ander jacht. Later bij ons aan boord bespreken we de opties voor vertrek. Voor hen is een vertrek dinsdagmorgen veel gunstiger omdat ze bij Vlieland naar binnen gaan.

We vertrekken maandagavond inderdaad om kwart over tien. Ik heb een route vastgelegd in de plotter en dat voorkomt,  zoals we uit ervaring weten, veel gepruts aan de plotter in het donker. Hoewel de tonnen in de Elbe uitstekend verlicht zijn is het erg plezierig om met een blik op de plotter te kunnen zien of we nog op de koerslijn zitten of hoe groot de afwijking is. Ook later als de vermoeidheid mocht toeslaan voorkomt dit fouten. Jammer genoeg  motorzeilen we vrijwel de hele afstand van 114 zm. De volgende dag, dinsdag,  zijn we om 15 uur in de haven van Lauwersoog na een heel rustige tocht met een gemiddelde snelheid van 6,7 zm per uur inclusief een korte wachttijd voor de sluis. We sluiten de reis af met een koud pilsje en ’s avonds gaan we uiteraard even naar een van de visrestaurants in de haven voor een lekker vis menu.


De route (heb voldoende geduld)


wo,  22 aug,   Lauwersoog – Dokkumer Nieuwe Zijlen, 7 zm 

Op deze woensdag varen we de laatste 7 mijlen van Lauwersoog naar Dokkumer Nieuwe Zijlen waar de boot zeker gedurende de komende 4 weken een ligplaats heeft.

Ik rijd op een van de vouwfietsjes naar Feanwalden en haal de auto op. We pakken het een en ander in en op het tochtje naar de winterberging in Franeker na, is dit toch min of meer het einde van de reis van 2018 waarin we tot nu toe 3163 zm aflegden.

Wij hebben deze reis als een heel mooie tocht ervaren, maar we moeten een aantekening maken dat we heel graag wat meer wind hadden willen hebben. Het aantal motoruren was in verhouding toch wel veel.

 

Dit artikel is gepubliceerd in categorie 2018 - Botnische Golf.

One Response to Naar Nederland

  1. Piet Feenstra schreef:

    Henk,
    Met veel plezier je reisverslagen gelezen
    Groet Piet Feenstra

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.