Havenmeesters

apostrof    
    Havenmeesters en hun  daden

In de decennia dat we varen zijn we heel wat havenmeesters tegengekomen. In het begin waren het alleen havenmeesters van vlees en bloed, maar in latere jaren zijn havenmeesters veranderd in ingeblikte kopieën of, heel modern, in ‘digitale kopieën’. Over het algemeen zijn ook de contacten met ons, zeilers en gasten, betreurenswaardig veranderd.

HavenbonnetjesVroeger was een praatje met de havenmeester tijdens het innen van de leges heel normaal. Als betalingsbewijs werd een met pen ingevulde havenbon overhandigd. Soms mooi gekleurd en soms gewoon zwart-wit, maar ze waren altijd heel verschillend en interessant. Soms zat je bij de havenmeester op een bankje voor het havenkantoor om informatie uit te wisselen. Ook was de havenmeester vaak de bepalende factor tijdens een palaver op de steiger wanneer hij zeilers bij minder gunstige weersomstandigheden aanmoedigde of ontmoedigde om de volgende dag uit te varen.

Havenbonnetjes Gedurende de laatste jaren wordt het merendeel van de havenbonnen geproduceerd door een miserabele labelprinter, waarvan na korte tijd de tekst zo vervaagd is dat het onleesbaar is en geen zin meer heeft ze te bewaren.

 

De grote verandering

In de loop van de tijd werden we geacht zelf de havenmeester te bezoeken, tenminste als er al een havenmeester te vinden was. Inmiddels zijn we gewend geraakt aan de betaalautomaten of zelfs aan apps, zoals de Blue Water App, de AanUit.net app, de i-Marina app, de GoMarina app of . . . . Maar sporadisch, heel prettig, komt er nog een ‘ouderwetse’ langs waarmee je nog een praatje kunt maken.

 

 

Tijdens onze reizen hebben we veel ‘havenmeesters’ ontmoet, maar sommigen hebben een bijzondere indruk achtergelaten. Een bloemlezing in willekeurige volgorde.


 

Service and thinking along at its best

DeSchotNa onze aankomst uitgebreid te hebben vastgelegd met zijn camera, staat Bertie Milne, de havenmeester van Whitehills, op de steiger van ‘zijn’ jachthaven om de landvasten aan te pakken.

Als onze fantastische havenmeester ons naar een Fish&Chips-tent in Whitehills rijdt omdat alle restaurants al gesloten zijn, blijkt dat deze ook gesloten is. Dan  rijdt hij ons naar Banff waar we succesvol zijn.
De volgende ochtend, het is zondag, blijkt dat we een probleem hebben met de saildrive en de boot moet uit het water. Die zondagochtend regelt Bertie een kraan die maandagochtend vroeg op de kade staat, een bok voor de boot op de kant en twee helpers om te helpen tijdens het hijsen.
Nog voordat we er zelf over nagedacht hebben, komt Bertie met een visitekaartje van een B&B waar we verblijven in de periode dat de boot aan de kant ligt, heel gezellig in volpension met een fantastisch stel.
Er is geen sprake van dat ik op mijn vouwfiets naar Banff rijd om dingen voor de reparatie te halen. Als gast van de jachthaven word ik als een koning heen en weer gereden.
Omdat het in Whitehills niet mogelijk is om gebruikte olie van de saildrive af te geven, beschouwt Bertie Milne het als zijn persoonlijke verantwoordelijkheid om het af te voeren, ondanks dat ik erop aandrong het zelf mee te nemen. En als het op betalen aankomt, kan ik maar voor twee dagen betalen. ‘De boot stond niet op het terrein van de jachthaven‘, kreeg ik te horen. Echt ‘een super vent’, de havenmeester van Whitehills!

 

Keuvelen

DeSchot Op de vrijdag voor midzomernacht leggen we aan in Falkenberg aan de Zweedse westkust. Ik loop naar het havenkantoor om me te melden. Ik hoor het accent van de havenmeester en vraag: ‘Glasgow‘? Nadat ik mijn connectie met Glasgow heb uitgelegd, word ik op zijn vraag in een stoel geduwd, krijg ik koffie en  praat hij honderduit. Na een uurtje vertrek ik, met een heel goedkoop havenkaartje. Ik wil niet weten hoe lang die boot is“, zei hij toen ik naar de boot wees. Omdat hij geen supermarkt kon aangeven die nog open was op deze startdag van het midzomernachtfeest, geeft hij me een grote makreel uit de koelkast: “Dan verhonger je in ieder geval niet“. We blijven de volgende dag en ik bezoek de havenmeester weer. We beginnen weer met koffie, maar voor de Schotse ‘Uisge beatha’ (Whisky) is het voor mij te vroeg. Als het op betalen aankomt, is de boot nog steeds veel korter dan hij in werkelijkheid is, althans voor mijn Schotse vriend.

 

Op het verkeerde been

In Farsund, Zuid-Noorwegen, hebben we de landvasten nog maar net vast of komt er een jongedame langs om het havengeld te innen. Contant geld is de enige optie omdat de mobiele kaartlezer niet werkt. Door al ons Noorse geld bij elkaar te schrapen, benaderden we, op een paar kronen na, het bedrag voor één overnachting. Ze vindt het wel oké, maar ik beloof haar dat ik diezelfde avond nog zal zorgen dat ik genoeg contant heb voor de volgende avond.

Kronen

De minibank spuugt de volgende dag gloednieuw uit, nooit gebruikte biljetten van 200 kronen. ’s Avonds komt onze charmante havenmeester weer langs en ik geef haar een briefje van 200 kronen met de opmerking: “Kijk eens, dit bankbiljet heb ik gisteravond zelf gemaakt”.

De zeer korte aarzeling op haar gezicht is mijn beloning, maar even snel komt ze bij elkaar en zegt: “Je hebt het geweldig gedaan”.

 

Een fabelachtig geheugen

Hoewel met wisselende tussenpozen, zijn we zeker 10 keer in Peterhead geweest, omdat het ook bij slecht weer een goede plek is om de haven in te varen. Toen we in 2005 aankwamen, stond de havenmeester op de steiger en wees ons een box toe die minder makkelijk in te varen was. Hoewel mijn dame meestal deze manoeuvres uitvoert, terwijl ik dan als ‘deckmate’ fungeer, vraagt ze of ik dit keer het helmhout van onze Orion33 wil hanteren. Als de havenmeester ons begroet met “Complimenten capt’n hoe je de boot in de box hebt gemanoeuvreerd“, grapt My lady: “Ik ben de kapitein, hij is alleen maar  matroos“. Er wordt gelachen, maar het betekent wel dat ze later consequent wordt begroet met “Goedemorgen Capt’n!

peterhead (3)

De volgende dag vraag ik hem of we een pakketje naar de jachthaven kunnen laten sturen ter  zijner attentie. Zijn antwoord is: “Stuur het ter attentie van mijn baas. Aangezien jij de kapitein’s assistent bent, ben ik slechts de havenmeester’s assistent“. En we lachen ons beide te barste.

Pas in 2015 bezoeken we de jachthaven van Peterhead weer met de Trintella 42. Dezelfde havenmeester staat op de steiger en begroet hij mijn dame met de woorden: “From Friesland, is’n it . . . Capt’n?

 

Internet access

Tien jaar geleden was internetten in het buitenland minder eenvoudig dan nu. Om in Öregrund (Botnische Golf) te kunnen internetten, moet een toegangscode voor het lokale wifi-netwerk worden verkregen van de ‘Öregrunds Turistbyrå’, maar er blijkt iets niet te werken. Gedurende de volgende twee dagen kwam er geen oplossing.
Peter, een Fin die ook in de haven ligt, vertelt me dat het verder naar het noorden erger wordt. Helaas kan een Zweedse prepaidkaart, een goed alternatief, niet worden gekocht in Öregrund. De havenmeester komt met de oplossing: zijn collega brengt ons met zijn auto naar Östhammar, 15 km verderop, waar we zo’n kaart kopen. Een andere persoon komt als tolk langs omdat het Engels van de collega onvoldoende is. Ze willen niets weten over betaling voor de rit en we krijgen opnieuw een verontschuldiging en compensatie omdat de wifi-verbinding niet kon worden gebruikt.

 

‘Samenwerking’ door de (ijzeren) havenmeester

We leggen aan in een Zweedse jachthaven. We registreren bij een automaat en kopen een soort ‘chipkaart’ waarmee alle betalingen kunnen worden gedaan. Tijdens de aankoop van de kaart wordt het havengeld, de borg voor de chipkaart en een bedrag aan kronen als ‘chipkaart’-inhoud van onze rekening afgeschreven. Zonodig kan de ‘voorraad chipgeld’ worden opgewaardeerd wanneer deze is opgebruikt, b.v. voor elektriciteit en douches. Bij vertrek kan de ‘chipkaart’ weer in de automaat worden gedaan, waarna de borg en het ongebruikte deel worden teruggestort op de bankrekening waarmee de kaart is gekocht.

Alleen toen en niet eerder, vertelt de vriendelijke ‘ijzeren’ havenmeester dat het bedrag ‘helaas‘ niet kan worden teruggestort omdat de ‘chipkaart’ is gekocht met een Maestro-pinpas.

Het bericht eindigt met: ‘Mogelijk kunt u contact opnemen met ….‘, ja inderdaad, de havenmeester die we tijdens ons bezoek niet hebben gezien en die nergens te vinden is.

 

‘Eenrichting communicatie’ met een automaat

AutomaatOnderweg naar de Noordkaap in 2012, treffen we   op de kade in Bodø de havenmeester aan. Het is één van die ‘havenmeesters’ met een touchscreen op zijn buik.

Het eerste commando dat we op het scherm krijgen na het aanraken: ‘Voer je creditcard in’ gevolgd door vele verplichte velden. We vragen ons af waar alle informatie voor nodig is, maar we beantwoorden alle vragen “als waarheidsgetrouw”. Willen we elektriciteit? Het is niet echt nodig, maar het is wel makkelijk. Douchen? Ja natuurlijk. Tarieven worden niet getoond. Maak je geen zorgen, we kunnen het nog steeds annuleren.

Aan het einde van de vragen wordt niet alleen het uiteindelijke bedrag getoond, maar zien we ook dat het bedrag al is afgeschreven. We schrikken even van het bedrag. Ik wacht nog even op een “Geniet van je verblijf“, maar de ‘ijzeren havenmeester’ moet mijn geschrokken gezicht hebben opgemerkt en daarom zwijgt hij wijselijk.
De eigenaar van het 15 meter lange jacht, tegenover ons op de steiger, is verbaasd dat we de juiste lengte van de boot hebben ingevuld. “Elke Noorse boot is korter dan 12 meter, mijn boot inbegrepen en dat maakt een groot verschil“, vertelt hij ons.

De kers op de taart komt de volgende ochtend als blijkt dat het sanitairgebouw gerenoveerd wordt. Geen enkele mededeling hierover op het touchscreen op de buik van de zwijgzame ‘havenmeester’. Bij het ’turistkontor’ horen we dat we kunnen douchen in de kelder van een bepaald hotel. “Sanitaire voorzieningen al betaald met de havengelden? Hoe bedoel je?“.

 

De allround havenmeester zoals het hoort

Het is 2017. De havenmeester in Varberg, een uiterst vriendelijke dame, pakt onze landvasten aan en verwelkomt ons in de jachthaven. We kunnen de vergoeding betalen bij een automaat, maar als we dat prettiger vinden, kunnen we ook bij haar op kantoor betalen.

Oh ja, als we ergens vragen over hebben, kunnen we bij haar terecht. Nou, we hebben er één: “Waar kun je de batterij van je horloge hier laten vervangen? Oh, dat is simpel, je moet naar de schoenmaker, kijk hier” en ze tekent de route op een kaart die ze ons geeft.

De volgende ochtend bezoekt ze op haar fiets de boten van alle bezoekers en wenst ons een “God morgon sjömän”. Ook wijst ze erop dat de toegangscode voor het sanitairgebouw om 12.00 uur afloopt.

Gelukkig bestaan ze nog, de ‘echte’ havenmeesters. Wij voelen ons zeer welkom.

 

Brandstofservice

In 1997, op de terugweg van de Faeröer eilanden, leggen we aan in Wick, Schotland. We moeten tanken, maar er is geen mogelijkheid in de haven. De havenmeester is erg meewerkend: ik heb zelf maar een kleine jerrycan maar de havenmeester leent me een grotere en brengt me in zijn auto naar een dieselstation langs de weg. Hij wacht tot ik de jerrycans heb gevuld en brengt me terug naar de boot. Onze zuinige motor kan zeker nog 30 uur mee.

Bedankt havenmeester!

 

De ‘honesty’ box

HonestyBox ” Vul het formulier in. Leg het liggeld in de envelop in de betaalbox. Hang de kopie op een zichtbare plaats ter controle. Bedankt voor je bezoek en welkom terug

Zelden zie je een havenmeester in de kleine havens in Noord-Noorwegen. Vaak vind je er twee brievenbussen, de zogenaamde ‘honesty’ boxen. Eén daarvan is gevuld met een set enveloppen en formulieren. Een tweede brievenbus, voorzien van een goed slot, is bedoeld  om de envelop met de ingevulde formulieren hierin te deponeren. Hoewel het gebruikelijk is om de voorkant van de set zichtbaar op te hangen, hebben we nauwelijks iets van controle gezien. Er wordt van uitgegaan dat de gevraagde liggelden (meestal zo’n 100 – 200 kronen) eerlijk wordt betaald.

We parkeren de boot ergens in de buurt van de Lofoten in zo’n kleine haven. De enveloppen zijn er, maar waar laat je de gevulde envelop? Samen met een andere ‘parkeerder’ besluiten we dat er iets ontbreekt! We gaan het vragen bij de dorpswinkel. Ook zij kunnen ons geen definitief antwoord geven en weten ook niet wie de havenmeester is. We krijgen officieel toestemming van de caissière om de volgende ochtend te vertrekken zonder te betalen. “Ze zouden de zaken beter moeten organiseren“, zegt ze. We zien geen havenmeester, zoals gewoonlijk in zulke havens.

 

Welwillend

Het is 2021 en coronatijd. Dit jaar hebben we een vaste ligplaats in Makkum en varen we in Nederland. In de oude haven van Stavoren komt een ‘ouderwetse’ havenmeester langs met zijn eigen vinding. Hij heeft zijn pinautomaat slim en stevig vastgemaakt aan het uiteinde van een lange stok. “Zo kan ik me aan de 1,5 meter regel houden en laten zeilers het apparaat niet in het water vallen”, vertelt hij. Te laat realiseer ik me dat het een mooie foto voor de site zou zijn geweest.

De volgende ochtend zie ik hem weer. Hij controleert alleen de uitbreiding van boten en heeft zijn stok niet bij zich. Als ik hem vertel dat ik de avond ervoor graag een foto van hem had willen maken met zijn pinautomaat, biedt hij aan het ding te halen. Ik weerhoud hem van het voornemen, omdat hij het apparaat van behoorlijk ver moet halen. (Achteraf vind ik het wel jammer dat ik geen afbeelding heb)

 

De digitale havenmeester

Blue water app

One of the naval payment apps

Volgens de tekst op een site van een van de vele aanbieders van betaalapps van de marine: “Voor de bezoekers is het zoveel makkelijker als je met een betaalapp kunt betalen. Zo blijft er meer tijd over voor de havenmeester om als gastheer op te treden, mensen te ontvangen, uit te leggen waar de bakker en supermarkt te vinden zijn en hoe de sanitaire voorzieningen te bereiken zijn.”
Het is absoluut waar als het puur om betalen gaat. Wij vinden zo’n app prettiger dan een automaat.

Alles heeft echter twee kanten. De bakker en de supermarkt zijn perfect te vinden met de mobiele telefoon en de sanitaire voorzieningen van de jachthaven zijn altijd op nette plattegronden weergegeven en nooit moeilijk te vinden.

Maar . . . . nu er zoveel tijd over is . . . . . hoeveel beter vervult de havenmeester tegenwoordig zijn/haar rol als ‘gastheer/gastvrouw’?  We zijn beslist van mening dat de combinatie van — mensen op de steiger ontvangen, een plek aanwijzen, rondgaan om liggelden te innen — niet zo slecht is.
In onze ervaring is de gastvrijheid niet verbeterd met behulp van digitale apparatuur, eerder slechter.

Dit artikel is gepubliceerd in categorie Verhalen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.