Aankomst: wo 11 juni 1997 22:30
Afstand: 469 mijl van totaal 1805
Zondag 8 juni vertrekken we ’s morgens om kwart voor 10. De wind is zuidelijk en waait tegen de 6 Bf. We hebben de fok gehesen en varen met het tweede rif in het grootzeil. Het gaat hard, want om 22:00 uur ’s avonds hebben we al 79 mijl afgelegd, een gemiddelde van ruim 6,5 mijl. Maar helaas begint de wind dan te draaien naar het NW en bovendien af te zwakken. Om middernacht varen we zo’n 25 mijl ten Oosten van de Orkneys ter hoogte van Kirkwall.
Maandag 9 juni vanaf 03:00 uur is het wat aanmodderen door de zwakke wind die bovendien uit wisselende richtingen komt en de motor moet regelmatig meehelpen. Aan het einde van de dag komt er gelukkig weer wat meer wind en met beide zeilen over een verschillende boeg komen we weer regelmatig boven de 7 knopen uit. Om 22:00 uur waait het weer meer dan 20 knopen en dus trekken we het eerste rif in het grootzeil en hijsen de fok. Om middernacht is Foula ten westen van de Shetlands al weer vele tientallen mijlen uit het zicht verdwenen en hebben we nog ruim 100 mijl te gaan naar het zuidelijkste puntje van de Faeröer eilanden.
Dinsdag 10 juni in de loop van de dag besluiten we om niet tussen Sandö en Syderö door te varen, omdat de stroom daar als ‘Fierce’ oftewel fel wordt aangegeven op de kaart. We verleggen de koers iets zuidelijker om ten westen van Syderö langs te varen. Om 21:30 uur passeren we het zuidelijkste punt van Syderö op zo’n 10 mijl afstand. We zijn inmiddels 7 dagen onderweg en hebben 764 mijl afgelegd. Met iets minder dan 6 dagen is ons 24 uurs gemiddelde ruim 125 mijl.
Woensdag 11 juni maken we niet zoveel voortgang meer. Rond 10:00 uur hebben we een weerbericht dat ons vertelt dat een hogedruk gebied boven IJsland ons prachtig weer gaat opleveren, met zeer weinig wind. We ‘drijven’ dan zo’n 25 mijl ten westen van Myggenes en het deinen op de oceaangolven zijn we al aardig beu. Berekeningen leren me dat we te weinig dieselolie hebben om naar Eskifjördur te varen. Om de 235 mijl af te leggen die we nog te gaan hebben moeten we nog 50 liter in de tank hebben. Sinds we uit Peterhead vertrokken hebben we de motor toch nog 10 uur gebruikt. Ik schat dat we nog maximaal zo’n 130 mijl kunnen motoren. Zelfs als we nog 3 mijl voortgang kunnen maken over de laatste 100 mijl zijn we nog 60 uur onderweg. Dan kunnen we pas zaterdag beginnen met het rondkijken op IJsland. Daarna moeten we ook nog terug en met de onzekerheid over het weer en de grote oversteken zien we dat niet zo zitten. We besluiten om terug te varen naar Torshavn, de hoofdstad van de Faröer eilanden op zo’n 60 mijl afstand. Met de motor bij komen we daar om 22:30 aan. De hele dag houden we een zuchtje wind tussen de 4 en 8 knopen uit ZW tot ZO richtingen. We hebben dan 85 uur gevaren over 469 mijl, een uurgemiddelde van 5,5 knopen.