Blyth – Inverness

Het eerste IJsselmeer tochtje

Route Blyth-Inverness

Blyth – Peterhead, za 4 juni 2022, 148 zm
Peterhead – Buckie, ma 6juni 2022, 49,0 zm
Buckie – Inverness, di 7 juni 2022, 49,4 zm

Blyth – Peterhead

We weten al middels de gribfiles dat het wat aanmodderen zal worden om in Peterhead te komenen daarom vertrekken we om ca half tien. We hebben dan een mooie uitloop als het niet gaat zoals we denken. Het is allesbehalve zeilweer. Winden van rond de 5 knopen en bovendien nogal variabel zowel qua sterkte als de richting. Kortom, motorweer. Voor alle zekerheid en mijn eigen rust heb ik nog 3x 21 liter dieselolie bij een pomp langs de straat gehaald.
De windrichting en sterkte klopt inderdaad en hoewel we aan het begin van de reis nog een tweetal uurtjes hebben kunnen zeilen, wordt het al gauw motorzeilen. De autoprop is fantastisch, met 1000 toeren zorgt de schroef voor anderhalf tot twee knoop extra voortgang. Af en toe als de windmeter boven de 6 knopen komt denken we dat de zeilen het wel aankunnen. Met een uitgeschakelde motor zakt de snelheid dan toch al gauw naar rond de drie en een halve knoop en met die snelheid komen we in de tweede nacht terecht en dat willen we niet. Daarbij komt dat er een stevige deining staat die ook wel remmend werkt.

Windmolenpark in opbouw

Een kleine omweg

Een kleine omweg

Tegen het ondergaan van de zon zien we bij Arbroath aan de horizon wat ‘piekjes’ en op de plotter daarom heen een tweetal AIS driehoekjes. Ook de radar laat een ‘windmolen’patroon zien. Maar mogen we dit park doorkruisen? Mijn vrees wordt bewaarheid als we via ‘Aberdeen coastguard’ horen dat het een windmolenpark in wording is. De coördinaten van het spergebied worden zo snel afgeraffeld dat het onmogelijk is om ze snel even op te schrijven. Na afloop van het bericht meld ik me bij het Guardschip en na wat gegevens te hebben uitgewisseld krijgen we eerst een koers en afstand en later de coördinaten van het zuidoostelijke coördinaat op dicteersnelheid. Aan de andere kant van de verbinding treffen we een uiterst vriendelijke man die duidelijk om een praatje verlegen zat, want hij bleef van alles vragen over onze tocht. Niettegenstaande kostte de omweg ons zeker een uur

We naderen Peterhead

We komen om 11:00 uur ’s morgens aan in Peterhead. Zoals gebruikelijk staat de havenmeester al op de steiger om te helpen met aanleggen. Na het aanmelden gaan we diesel tanken, want dat is hier (in de haven en alleen voor jachten) relatief goedkoop. De prijs is £1,15 terwijl het langs de weg £1,80 kost. Met 172 liter is de tank vol. Hopelijk kunnen we hier lange tijd mee vooruit.

Peterhead – Buckie

Peterhead - BuckieOmdat we 100 zm naar Inverness wel veel vinden voor 1 dag hebben we net zoals 2017 het traject in tweeën gedeeld en voor Buckie gekozen omdat deze plek precies halverwege ligt . Voor jachten is Buckie geen ideale plek, maar met onze diepgang hebben we weinig andere  mogelijkheden. In Inverness kregen we van iemand een suggestie dat Whitehills ook een keuze zou zijn geweest, maar de verdeling in afstanden is minder ideaal en de diepte in de haven is ook twijfelachtig

Tot ziens Peterhead

Tot ziens Peterhead

Tot aan Fraserburg hebben we te maken met een wind bijna recht van voren, maar daarna loopt de boot als een speer. We zijn om 16:00 uur in Buckie en we hebben een gemiddelde van iets boven de 6 knopen gehaald, terwijl de wind niet boven de 8 knopen uit is gekomen.

Toch nog een glimp op afstand

Toch nog een glimp op afstand

 

Onderweg zien we een paar keer dolfijnen, zelfs één keer vlak naast de boot, maar jammer genoeg te kort om een echt mooie foto te maken.

 

Spreekwoordelijk zitten we met kromme tenen en dichtgeknepen billen uit te kijken naar ballen die een lobsterpot markeren. We willen het avontuur in 2017 absoluut niet herhalen. We misten toen een piepklein balletje, die mogelijk ook nog onder water zat, en waaraan we toen bleven haken.
In Buckie worden we naar het tweede basin verwezen,en een uiterst vriendelijke havenmeester is ons van alle kanten behulpzaam. Op het aangewezen plekje langs een hoge kade helpt hij ons om de lijnen boven te bevestigen, want op de kade komen is pas mogelijk als we vast liggen en er midscheeps een stalen laddertje is.

Tegen de kademuur in Buckie

Tegen de kademuur in Buckie

Als ik vraag of er elektriciteit is kan dat alleen uit een kast op de wal, terwijl dat eigenlijk niet voor jachten bestemd is. We moeten er voor verkassen, maar gedienstig als hij is, helpt hij ons opnieuw om de boot te verleggen. In de kast zijn alleen mega stopcontacten voor vissersschepen, maar gelukkig is er ook zo’n Engels stopcontact. Ik prijs me geweldig gelukkig dat ik hiervoor een converter van Engels naar Nederlands bij me heb. De kast gaat op slot en ik mag de hele nacht de havenmeester optrommelen om de steker weer uit het stopcontact te halen als we willen vertrekken.

Buckie – Inverness

Rekening houdend met de Clacknaharry sluisbediening, alleen tijdens  de werkuren en ook niet 2 uur rondom LW, vertrekken we ’s morgens om 6 uur uit Buckie. Met 5 knopen gemiddeld ‘moet het lukken. Er staat opnieuw weinig wind en we motorzeilen opnieuw. Op een zeker moment halen we het grootzeil ook maar neer want het staat op de stevige deining alleen maar heen en weer te klappen. Bijna aan het einde van de reis begint het toch nog even stevig te waaien en we zien zelfs 19 knopen op de meter. We hebben dan alleen de genua uitgerold en dat is voldoende om een stevige vooruitgang te maken.
We zijn al om 14:15 uur bij de Kessock brug en daar melden we ons voor de Clachnaharry sluis. We zijn te vroeg, want rondom laag water wordt de sluis niet bediend. Om 3 uur staat de sluis voor ons klaar zo krijgen we te horen. In de wachttijd kunnen we on-line een passage license aan gaan maken als we internet aan boord hebben en dat lukt heel goed. Dat voorkomt het papierwerk op de sluis.

In de zeesluis in Inverness

Het schutten gaat gesmeerd, maar wel met de hulp van een sluis medewerker die meters hoger op de sluismuur staat en de touwen vastmaakt. Die hulp is echt nodig, want boven komen gaat alleen via een stalen trapje in de sluismuur, maar die trapjes zijn er onvoldoende.

Na 3 meter rijzing

Na 3 meter rijzing

Het Clachnaharry sluismeester's kantoortje

Het Clachnaharry sluismeester’s kantoortje

Onderweg naar Muirtown volgt nog een tweede sluis en om 4 uur meren we af in een box van  de marina.

Dit artikel is gepubliceerd in categorie 2022 - Schotland.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.